Excursieverslagen

Onthulling naambord van de Ger van Zanenbrug plus excursie

Op 13 maart werd nog eens postuum één van de belangrijkste KNNV-ers uit de geschiedenis geëerd met het onthullen van zijn naam op een brug in Geuzenveld.

Al langer was het een wens van het bestuur om te voorkomen dat Ger van Zanen in de vergetelheid zou raken. Wat niet lukte in zijn Amstelveen (waar hij actief was rond de Grote poel, o.a. paddenstoelentellingen ) ging in Amsterdam wel, al was er lange adem voor nodig. Eindelijk bleek twee jaar geleden het verzoek gehonoreerd, maar het duurde tot dit voorjaar eer het bord met zijn naam op de brug was aangebracht, met de toevoeging MYCOLOOG EN FLORIST.

 In het bijzijn van maar liefst zeventien belangstellende leden van KNNV Amsterdam hield stadsecoloog en oud-voorzitter van de afdeling, Geert Timmermans (op de fiets uit Amsterdam Oost gekomen!) een speech over Ger van Zanen, die in 1929 is geboren en overleed in 2015 en in 1960 actief werd bij de vereniging als een bevlogen florist en bioloog.

Geert refereerde aan het eerste artikel in Natura waarin Ger een bijzondere ontdekking in het Gooi beschreef: de Spechtinktzwam.

Van Zanen was twintig jaar bestuurslid, waarvan negen jaar voorzitter van de afdeling tot hij in 1982 door een hersenbloeding werd getroffen. Hij kon niet langer biologieleraar zijn, maar het betekende niet het einde van zijn activiteiten voor de KNNV. Hij gaf tijdens zijn leven honderden lezingen en excursies en legde telkens weer geduldig en enthousiast uit wat er bijzonder was in de betreffende natuurwaarneming.

Ger van Zanen was maar liefst dertig jaar leider van de Plantenwerkgroep en richtte in 1969 de Paddenstoelenwerkgroep op.

Het was vandaag niet de eerste keer dat de voor de inzet van Van Zanen erkenning werd uitgesproken. Al in 1976 werd hij tot erelid van de KNNV-Amsterdam benoemd en later ook door de landelijke KNNV. In 2004 kreeg Ger van Zanen uit handen van wethouder Duko Stadig de ‘Amsterdamse Natuur en Milieuprijs’.

Bij zijn overlijden bleek Van Zanen een aanzienlijke erfenis te hebben nagelaten ten bate van de natuur. Door de KNNV werd, op advies van de afdeling Amsterdam, het zogenaamde Ger van Zanenfonds in het leven geroepen.

Op verzoek verstrekt de KNNV daaruit vouchers om de afdelingen gelegenheid te geven om bijzondere uitgaven ten behoeve van de natuur te doen. In het logo van dat fonds is een afbeelding verwerkt van de eerste waarneming van Ger, de Spechtinktzwam.

Ook onze eigen afdeling kon daarmee o.a. een kostbare microscoop aanschaffen.

Foto’s Trees Kaizer

Onthulling

Christiane Baethcke, die zich als een terriër heeft vastgebeten in de gemeentelijke commissie om de naamgeving van deze brug te realiseren onthult het naambord en vervolgens heffen we het glas Prosecco om de feestelijke gebeurtenis te vieren.

Excursie

Van de gelegenheid van de aanwezigheid van Geert Timmermans had Christiane Baethcke gebruik gemaakt hem te vragen voor een rondleiding door het wilde gebied van het Sloterpark, het Ruige Riet. Bij het graven van de Sloterplas voor zand ten behoeve van de tuinsteden was in 1956 eerst het veen weggeschraapt. Dit werd hier gestort, waardoor het ruige geaccidenteerde natuurgebied was ontstaan, waar riet op ging groeien.

Vanaf de Ger van Zanen-brug loop je daar zo in. Op de hoek was nog maar pas een enorme bosschage Dijkviltbraam verwijderd, een invasieve exoot uit Hongarije met gele en rode stekels. We lopen verder door het gebied waar omgevallen bomen gewoon blijven liggen en vermossen. Hier broedt de Groene specht en in de Reigerkolonie vorig jaar ook een Lepelaar. Christiane heeft hier voorbij de spontaan opgeschoten Boskrieken haar kerstboom geplant, leuk voor de Halsbandparkieten.

Geert geeft ons een lesje winterse bomen. Eén van de onderdelen van zijn examen destijds in Boskoop was het herkennen van kale takken. Hij repeteert het soms nog, om niet te vergeten: de Esdoorn met tegenoverstaande takken, de Zwarte els met knoppen op steeltjes, verderop een Vlier. Daar kun je vaak Judasoren op vinden.

Het bospad komt uit bij een ‘afgrond’, waar sommige excursisten voor terugschrikken. Langs een ander pad ligt een omgevallen Wilg, die gewoon doorgroeit. Bij een enorme hoeveelheid pluizen van de Bosrank vertelt Peter Wetzels dat deze bosplant dankzij de warmte tegenwoordig veel voorkomt in stedelijke gebieden.
Trees weet te vertellen dat de Witvlekbosrandspanner zich er graag bij op houdt.
Op een andere bodem wijst Christiane ons op (verdroogde) Roodporiehoutzwammen.

Een volgend pad leidt ons langs een heel aantal Rode kelkzwammen.

Foto Loes van der Feen

We komen een man tegen met maar liefst een stuk of acht dezelfde honden. Verderop is het zogenaamde hondenzwembadje. We horen één van de eerste Tjiftjaffen en vanaf een brug richting Allendelaan kun je een IJsvogel zien zitten. Sommigen smaken dat genoegen, anderen turen tevergeefs de slootkant af.

Het wordt tijd om te stoppen; we lopen via het fietspad waar voor een heel aantal verdienstelijke tuinstadbewoners vereerd worden met een boom, met iets te opvallende bordjes daarbij, zeker nu de bomen zelf nog kaal zijn.                     

Een interessante rondleiding! Wilt u nog meer horen van de deskundige Geert Timmermans. Zoek dan zijn podcast op met natuurweetjes, Vos en Lommer. https://vosenlommer.libsyn.com/

Frans van der Feen

Excursieverslag van de vogelexcursie op de Zuidpier van IJmuiden

Eind januari, begin februari vormt de Zuidpier van IJmuiden een hotspot voor vogelaars. Het Instituut voor Natuureducatie en Duurzaamheid organiseerde er zaterdag 1 februari een excursie heen, stichting Vogelreizen was er vrijdag 31 januari en onze Koninklijke Nederlandse Natuur Vereniging afd. Amsterdam ging er die zaterdag heen. Fons Bongers leidde een gezelschap van zo’n 20 deelnemers rond.

Met een aantal auto’s was men naar de kust getrokken. Wij kozen zelf voor het openbaar vervoer, bus 382. Het gezelschap begaf zich tussen de steeds aangroeiende duintjes naar het begin van de zuidpier. De Sneeuwgorzen die hier nogal rondscharrelen waren niet thuis.

Eerst even een kijkje bij het haventje. Daar zit vaak wel wat leuks. In ieder geval een Oeverpieper (zie omslag laatste Blaadje). Op zee werd een eenzame man Eidereend ontdekt, met zijn fraaie pasteltinten, zachtroze borst  en mintgroen achterhoofd. Er zwommen ook een paar Futen. Aan de rand van het strand hield een groepje meeuwen zich op, Kok-, Zilver- en Grote mantelmeeuw.

Hoewel sommige excursisten hier voor  het eerst waren, zijn vogelaars die er eerder waren wijs geworden van voorgaande ervaringen, dat je het op open zee behoorlijk koud kunt hebben. In de aankondiging was er dan ook sprake van poolkleding en de waarschuwing dat in geval van harde regen, mist, pak sneeuw, ijzel e.d. de excursieleider kon besluiten de uitstap niet door te laten gaan. Vandaag niets van dat alles. Er stond een zacht zuidoosten briesje en de zon was weer helemaal terug.

Steenloper (foto Loes van der Feen)        

We liepen langs de vele zeevissers de pier op. Het zag er niet naar uit dat ze veel vingen. Wij wel. Fons had de nieuwkomers beloofd ze iets bijzonders te laten zien. Al gauw werden er inderdaad Steenlopers en de Paarse strandlopers gezien, tussen de enorme rotsblokken.

Er zwom ook al een eenzame Krakeend en we zagen meerdere Kuifaalscholvers, die met een grappig sprongetje een duik naar vis nemen. Hun grote broers (met een broedvlek) vlogen een aantal keren over. Guus ontdekte ineens een Zwarte zee-eend met 4 vrouwtjes erom heen. Daar waren we wel verheugd over! En nog verder ‘naar achteren’ dook een Middelste zaagbek op.

Regelmatig klonk ‘tepiet’ van overvliegende Scholeksters, die langs de golven gingen foerageren. Verder lopend ontdekten we ook nog een Kanoet aan de andere kant en nog weer verderop een heel schooltje Drieteenstrandlopers.

Na al die ontdekkingen waren we om een uur of 1 aan het einde van de pier, bij het vuurtorentje. Wij hadden nog een verjaardag te vieren, dus gingen we, met een tevreden gevoel, teruglopen over de maar liefst twee kilometer lange pier.

Frans van der Feen